De opbouw van het boek volgt het verloop van één dag, de laatste dag uit het leven van Ivo Brandani, 29 mei 2015. Aan het einde van deze dag raakt hij in coma om vijf dagen later te overlijden.
Deze laatste dag speelt zich grotendeels af op het vliegveld van Sharm el-Sheik, heiligdom van het massatoerisme, waar Brandani als in een soort voorgeborchte moet wachten tot duidelijk wordt of en hoe laat zijn vliegtuig zal vertrekken. Hij was in Egypte om onderzoek te doen naar een mogelijke synthetische reconstructie van het koraalrif. De hoofdstukken volgen de verschillende tijdstippen van die dag, en worden afgewisseld door Ivo’s herinneringen die in omgekeerde volgorde langskomen, zodat we naarmate de dag vordert uiteindelijk bij Brandani’s kinderjaren belanden.
Van de kleurloze ambtenaar die verantwoordelijk wordt gehouden voor de overstromingen in Rome terug naar de man die intense zomers op een geliefd Grieks eiland doorbrengt, terug naar de ambitieuze jongeman die wil ontwerpen, terug naar de deelnemer aan de studentenopstanden in ’68 – die hem doen besluiten filosofie in te wisselen voor bouwkunde in de hoop echte bruggen te kunnen bouwen – en uiteindelijk komen we uit bij het angstige kind dat hij ooit was. Woede, verongelijktheid, frustratie, alles komt voorbij, maar gelukkig ontbreekt het niet aan humor en lichtvoetigheid.